De term leerstrategie wordt vaak gebruikt en is bekend bij docenten. Ze worden gebruikt zodat u beter kunt onthouden, beter kunt begrijpen en gaandeweg uw eigen leerproces kunt beheersen. Er zijn veel soorten effectieve leerstrategieën: sommige zijn handig om te plannen, andere om effectief te lezen of om je eigen prestaties te beoordelen.
Leerstrategieën zijn strategieën voor het plannen, implementeren, beoordelen en stroomlijnen van het eigen leren.
Als u weet wat het doel is van wat u moet leren, kunt u het juiste gereedschap voor de klus kiezen. Als je leert hoe je iets moet doen, is het niet erg handig om flashcards te gebruiken. Bekijk de vier cognitieve categorieën hieronder om u te helpen bij het kiezen van een effectieve leerstrategie voor uw doel.
Onthoud: feiten
Er zijn veel gratis strategieën beschikbaar om u te helpen feiten effectiever te onthouden, zoals de tafels van vermenigvuldiging, onthouden wanneer de grondwet is ondertekend of de definitie van een term kennen.
Tijdens de eerste schooljaren wordt er veel aandacht besteed aan herinneren. Feit is (bedoelde woordspeling) dat feiten in andere cognitieve gebieden worden gebruikt: je gebruikt deze feiten wanneer je op een andere manier over dingen nadenkt. Een eenvoudige strategie voor deze cognitieve categorie is Chunking.
Training: Iets kunnen
Trainen betekent oefeningen doen met wisselende informatie, maar in gegeven procedures en situaties; zulke situaties herken je achteraf wel. De taken die je op je tests zult vinden, zullen controleren of je bekwaam bent, en ze zullen vrij gelijkaardig zijn aan de oefeningen waarmee je geoefend hebt. Je herkent de situaties en weet hoe je verder moet.
Overdracht: Selecteren en combineren van procedures en relevante feiten
Als je voor een nieuwe situatie komt te staan, die je niet hebt geoefend, dan zul je methodes uit andere voorbeelden moeten gebruiken, of misschien enkele procedures moeten combineren, om tot een oplossing te komen.
Je kunt je fantasie trainen om hier goed in te worden.
Inzicht: Begrijpen hoe dingen in elkaar zitten
Inzicht gaat over het begrijpen van het waarom, en dit gaat veel dieper in de stof dan alleen weten wat en wanneer. Je legt verbanden met totaal andere onderwerpen, begrijpt de context en lost problemen op die totaal verder gaan dan wat je in de les te zien kreeg.
Metacognitie
Het gebruik van leerstrategieën is het meest effectief als je er meerdere hebt om uit te kiezen, zodat je ze bewust kunt kiezen en gebruiken: controleer of degene die je gebruikt ook daadwerkelijk past bij de leerstof en bij jezelf.
Als je dit doet, heb je focus op je eigen leerproces en monitor je dat.
U moet:
- weet wat je moet leren,
- een idee hebben hoe u dat het gemakkelijkst kunt realiseren,
- Check hoe het echt ging.
Check dit regelmatig: hoe eerder je weet hoe het met je gaat, hoe sneller je kunt bijsturen zodat je maximale efficiëntie behaalt (met andere woorden: je houdt meer tijd over voor andere dingen).
Voorbeeld: als u de noten van de gitaarsnaren, E-A-D-G-B-E, wilt onthouden, kunt u de bekende zin gebruiken: Eat All Day Get Big Easy. Als blijkt dat dit je niet helpt, kun je een andere strategie kiezen. Misschien werkt het voor jou beter om de noten te zingen?
Voor dit leerdoel kan het verleidelijk zijn om het waarom ervan te begrijpen – in dat geval hoef je het acroniem niet uit je hoofd te leren, maar er zijn verschillende leerstrategieën die passen bij de verschillende cognitieve niveaus (Onthouden, Trainen, Overdragen, Inzicht). Het is het beste om enkele strategieën uit te proberen die passen bij het cognitieve niveau van het doel, en niet om de uitdaging heen te werken.
Als je de tafels van vermenigvuldiging gaat onthouden, moet je de tafels van vermenigvuldiging kennen en niet de vermenigvuldiging – ook al hebben deze alles met elkaar te maken.